Jouw sanitair warm water ligt in een boiler op gewenste temperatuur te wachten tot jij de douchekraan opendraait of het bad laat vollopen. De grootte van je boiler hangt af van je verbruik. Of misschien maak jij thuis gebruik van een snelle warmtewisselaar. Die slaat geen warm water op, maar produceert warm water zodra er vraag is. Dit systeem heeft als grote voordeel dat je geen warmteverlies lijdt wanneer je geen warm water nodig hebt, maar er is ook een nadeel aan verbonden. Het debiet is beperkt door het vermogen van de ketel, dus de temperatuur van het water durft weleens te wisselen wanneer de vraag groot is.

In dit artikel nemen we echter de meest milieuvriendelijke manier om sanitair warm water te produceren onder de loop, namelijk: de zonneboiler – waarvoor een stookolieketel een prima bijverwarming vormt.

De onderdelen van een zonneboiler

Dankzij een zonneboiler kun je de gratis warmte van de zon aanwenden voor de verwarming van je sanitair water. Het ingenieuze en groene systeem bestaat uit een aantal vaste onderdelen:

  • De zonnecollector (die zich meestal op het dak bevindt, bij voorkeur naar het zuiden gericht en onder een helling van 20 tot 60°). De collector vangt zonnestralen op en warmt daardoor op. Door de collector gaat een vloeistof, die de warmte van de zonnecollector afgeeft aan de zonneboiler.
  • Boiler: het voorraadvat waarin de warmte van de zon wordt opgeslagen tot er vraag naar is.
  • Regelsysteem: hiermee kun je de installatie naar wens programmeren en er bijvoorbeeld voor zorgen dat de zonne-energie voorrang krijgt op je bijverwarming, zodat je het maximum uit de gratis warmte van de zon haalt.
  • Bijverwarming, zoals een stookolieketel, die in actie treedt als er onvoldoende zonne-energie beschikbaar is en zo garandeert dat je in alle omstandigheden warm water hebt.

De werking

Het zonnecollectorcircuit is gevuld met een vloeistof; het medium dat de warmte van de zon overdraagt. Als de temperatuur van de vloeistof in de boiler en in de zonnecollector te veel verschillen, treedt er een pomp in werking die de warmte van de zonnecollector afvoert naar de zonneboiler. Zodra dat temperatuurverschil bijna is weggewerkt (concreet: als het verschil daalt tot onder de 2°C), schakelt de pomp zichzelf automatisch uit. Dat gebeurt trouwens ook al de temperatuur in de boiler hoger dan 85°C oploopt. Een terugslagklep vermijdt dan dat de warmte van de boiler terugvloeit naar de zonnecollector. Het sanitair warm water wordt dus in de boiler opgeslagen. Levert de zonnecollector onvoldoende energie – bijvoorbeeld op bewolkte dagen – dan moet het water worden naverwarmd, bijvoorbeeld met een mazoutketel.

Wat in de winter?

De zonnecollectoren en de bijverwarming hebben elk hun eigen warmtewisselaar. Als de zon onvoldoende warmte levert, treedt de bijverwarming (op basis van stookolie, in ons voorbeeld) automatisch in werking. Hetzelfde gebeurt wanneer de voorraad warm water uitgeput is. Op een zonnige dag in de winter zal de zonnecollector het sanitair warm water voorverwarmen (bijvoorbeeld van 10°C naar 40°C), terwijl de stookolieketel het water tot de 60°C brengt die nodig is voor je sanitair warm water.

Deze berichten zijn misschien interessant